Abraham Capadose

Ter vergroting van de vreugde van degenen die deze maand de geboorte van Jesjoea vieren, plaatsen we hieronder een deel van ‘De toekomst van Israël’, een lezing die in 1849 verscheen en die Abraham Capadose had gehouden tijdens een bidstond van de ‘Vrienden van Israël’ in Den Haag (red.).

Het toekomstig herstel van Davids troon in het Oude Testament

De troon van David zal zeker hersteld worden. Gods Woord zelf laat dit zien. Het zijn niet alleen de vele plaatsen in de Psalmen en de Profeten die de persoonlijke komst en regering van de koning van Israël aankondigen. De koning die zal regeren over het hele huis van Israël, de twaalf stammen, wat nog niet gebeurd is. De koning die Jeruzalem tot centrum van zijn heerschappij over de hele aarde zal maken, tot brandpunt van heerlijkheid, tot een levende bron van blijdschap en vrede voor de wereld - ook dit is nog niet gezien.
De koning die de profeet Bileam voorzegde als een “ster uit Jacob”, als een licht in de duisternis; dat heeft betrekking op Zijn eerste komst. Maar ook als een “scepter uit Israël”; dat is Zijn tweede komst als koning in heerlijkheid (Num. 24: 17). Het is dezelfde koning die de profeet Zefanja verrukt aankondigt:
“Zing vrolijk, dochter van Sion! Juich, Israël! Wees blij en spring op van vreugde met heel uw hart, dochter van Jeruzalem! De HEERE heeft uw oordelen weggenomen, Hij heeft uw vijand weggevaagd. De koning van Israël, de HEERE, is in uw midden: u zult geen kwaad meer zien (Zef. 3: 14, 15).”
Volgens de profeet Zacharia zal deze koning uittrekken en Zijn voeten zetten op de Olijfberg (Zach. 14:4). En in het volgende vers: “Dan zal de HEERE, mijn God, komen: al de heiligen met U!” Paulus verklaart hetzelfde over de Heere Jezus: “bij de komst van onze Heere Jezus Christus met al Zijn heiligen” (1 Thess. 3: 13).

Het toekomstig herstel van Davids troon in het Nieuwe Testament

Leert het Nieuwe Testament niet overal precies hetzelfde? Denkt u maar aan de vele plaatsen waar de Heer Jezus de koning van Israël en de koning van de Joden genoemd wordt. Maar heeft Hij ooit als zodanig geheerst? Zeker, zeggen sommigen, want dat moet geestelijk worden opgevat. Maar regeert de Heer dan in geestelijke zin over de Joden? En waar zijn dan de tekenen van Zijn heerlijkheid waarover Simeon profeteerde? Hij zag Jezus eerst als “een licht om de heidenen te verlichten”, dat is de huidige situatie. Maar daarna “om Uw volk Israël te verheerlijken”, dat is bewaard voor Jezus’ verschijning in heerlijkheid.
De wijzen uit het Oosten kwamen, om de geboren koning van de Joden te zoeken. Maar waarom heette Hij zo wanneer Zijn koninkrijk niet anders dan een geestelijk koninkrijk is, over en in de gelovigen uit alle talen en volken? Of is de titel ‘Heer van de gemeente’ hetzelfde als ‘koning van de Joden’? Beslist niet. De Schrift maakt onderscheid tussen het zitten van onze Heer aan Gods rechterhand, op de troon van Zijn Vader, en het zitten op de troon van Zijn vader David (Op. 3:21). Hiermee wordt Zijn zichtbare regering over de Joden in Kanaän aangeduid.
De engel geeft Maria in Lucas 1:31 e.v. een zeer duidelijke en letterlijk op te vatten belofte dat zij de Messias ter wereld zou brengen: “Zie, u zult zwanger worden en een zoon baren en u zult Hem de naam Jezus geven.” De engel voegt toe: “God, de Heere, zal Hem de troon van Zijn vader David geven.” Met dit laatste kan toch onmogelijk de geestelijke heerschappij over de kerk of over de hele aarde bedoeld zijn? Het is waarschijnlijker dat “de troon van David” wordt uitgelegd in wat volgt: “Hij zal over het huis van Jacob koning zijn tot in eeuwigheid en aan Zijn koninkrijk zal geen einde komen.” Dat is ook in overeenstemming met de Messias die de Joden verwachtten.

gezegend is Hij die komt in de naam van de Heere.


De Schrift belooft aan Israël niet alleen een theocratie maar ook een Christocratie. Nadat de Heer Jezus Jeruzalem voorspeld heeft dat zijn huis woest aan hem overgelaten zou worden, voegt hij eraan toe: “Ik zeg u, u zult mij van nu af niet meer zien, totdat u zeggen zult “gezegend is Hij die komt in de naam van de Heere.” Die komt, die zal verschijnen, die naar ons zal terugkeren, dus niet onzichtbaar over ons zal regeren.

De HEERE zal wonen in Sion

Jezus zal dus nog echt en zichtbaar regeren als koning van Israël en als zoon van David. Dan zal deze heerlijke en troostvolle belofte ten volle in vervulling gaan:

“Maar de HEERE is een toevlucht voor Zijn volk en een vesting voor de Israëlieten. Dan zult u weten dat ik, de HEERE, uw God ben, die op Sion, mijn heilige berg, woont. Jeruzalem zal een heiligdom zijn en vreemden zullen er niet meer doorheen trekken. Op die dag zal het gebeuren dat de bergen van jonge wijn zullen druipen, de heuvels van melk zullen stromen, en alle waterstromen van Juda zullen overlopen van water. Een bron zal uit het huis van de HEERE ontspringen, die het dal van Sittim zal bevochtigen. Egypte zal worden tot een woestenij, Edom zal worden tot een woeste wildernis vanwege het geweld tegen de Judeeërs: in hun land hebben zij onschuldig bloed vergoten. Maar Juda zal voor eeuwig blijven, Jeruzalem van generatie op generatie.” - Joël 3: 16-20

“Gelukkig en heilig is hij die deelheeft aan de eerste opstanding. Over hen heeft de tweede dood geen macht, maar zij zullen priesters van God en van Christus zijn, en zij zullen met Hem als koningen regeren, duizend jaar lang.” - Openbaring 20: 6

Dit artikel is afkomstig uit het maandblad Hadderech van november-december 2024