David Baron
De feesten die Mozes aan Israël opdroeg om te vieren, waren niet alleen bedoeld om hen te herinneren aan Gods heilsdaden in het verleden. Het waren evenzovele profetieën over het verlossingswerk van de Messias.
In zijn boek Types, Psalms and Prophecies laat David Baron zien dat dat niet alleen geldt voor de voorjaarsfeesten Pesach en Sjawoe’ot (Wekenfeest) die vervuld werden met de dood en opstanding van de Messias resp. de Pinksterdag van Handelingen 2. Het geldt ook voor de najaarsfeesten. Met groot verlangen mogen we uitzien naar de profetische vervulling van Jom Kippoer (red.).
Dag van berouw en boetedoening
De Grote Verzoendag moet beschouwd worden als de ernstigste dag in Israëls feestcyclus. De rabbi's hebben deze dag van verzoening en reiniging (Lev. 16:30) ‘Dé Dag’ genoemd, om hem te onderscheiden van alle andere dagen van het jaar en de grootsheid en het belang ervan te benadrukken.
Het is opmerkelijk dat in de gewijde kalender van Leviticus 23 niet het offerritueel en de dienst van de hogepriester centraal staan maar de verootmoediging van de zijde van het volk. Het volk krijgt niet de opdracht om zich te verheugen, zoals bij de andere feesten. De normale bezigheden moet men staken en men moet zich helemaal overgeven aan berouw en boetedoening. Dit met het oog op de verzoening die op dat moment door Gods genadige beschikking voor hen bewerkt wordt.
De ongerechtigheid op één dag weggenomen
We moeten bedenken dat de Dag van Verzoening[1] een dag van reiniging en wegdoen van zonden was voor het hele volk, niet zozeer voor het individu. Het was Israëls nationale dag van verzoening, en wijst op een toekomstige gebeurtenis. Net zoals de twee andere feesten van de zevende maand is de Grote Verzoendag ontworpen om vooruit te wijzen naar het toekomstig handelen van God met Israël. De vervulling ervan vindt plaats op de dag dat zij als natie gebracht zullen worden tot berouw over hun zonden en tot geloof in het bloed van het Lam. Deze dag wordt duidelijk aangeduid in de profetische geschriften. Bijvoorbeeld: “Ik zal de ongerechtigheid van dit land op één dag wegnemen.” - Zach. 3:9
Ik zal de ongerechtigheid van dit land op één dag wegnemen.
En: “Maar over het huis van David en over de inwoners van Jeruzalem zal ik de Geest van de genade en van de gebeden uitstorten. Zij zullen mij aanschouwen, die zij doorstoken hebben. Zij zullen over Hem rouw bedrijven, als met de rouwklacht over een enig kind; en zij zullen over Hem bitter klagen, zoals men bitter klaagt over een eerstgeborene. (...) Op die dag zal er een bron geopend worden voor het huis van David en voor de inwoners van Jeruzalem tegen de zonde en tegen de onreinheid.” Zach. 12:10 en 13:1
Grote Verzoendag en Goede Vrijdag
Maar is dit niet in strijd met het feit dat de echte Grote Verzoendag de Dag van Golgotha is? En werd de bron tegen de zonde en tegen de onreinheid niet geopend toen onze Verlosser aan het kruis genageld werd en toen de soldaat met een speer Zijn zijde doorboorde en er bloed en water uitkwam? Inderdaad, de Dag van Golgotha krijgt betekenis voor de individuele zondaar wanneer zijn ogen geopend worden voor het geweldige verlossingswerk dat daar tot stand gebracht werd, en wanneer de Geest van God Jezus' bloed, Zijn rechtvaardigheid en hogepriesterlijke tussenkomst gebruikt voor zijn persoonlijke nood. Zo zal het “op die dag” ook zijn met Israël als natie.
Een eenvoudige illustratie met behulp van Hagars ervaring in de woestijn van Be’er Sjeva. Toen het water uit de zak op was en Hagar de jongen neergelegd had, naar haar idee om te sterven, verwijderde ze zich en huilde bittere tranen. Maar God hoorde niet alleen haar stem maar ook die van de jongen, en had medelijden met hen. “Toen opende God haar ogen en zag ze een waterput.” Die waterput was daar waarschijnlijk al die tijd geweest, maar haar ogen hadden hem niet kunnen zien, verduisterd als deze waren door haar verdriet en tranen.
Zo zal het ook gaan met Israël. De bron tegen de zonde en tegen de onreinheid, in de wonden van hun Messias, is al negentien eeuwen geleden geopend. Maar “op die dag”, wanneer de Geest van de genade en van de gebeden op hen als een natie uitgegoten wordt, zullen de ogen van de blinden geopend worden (Jesaja 35).
En de Geest van God zal op hun harten en gewetens, nationaal, het grote verlossingswerk van Golgotha toepassen. Dan zullen de woorden, gebruikt in verband met de Verzoendag, een vervulling krijgen als nooit te voren: “Want op deze dag wordt voor u verzoening gedaan om u te reinigen. Van al uw zonden wordt u voor het aangezicht van de Heere gereinigd.” - Lev. 16:30
Een zondeloze aarde
Bij zijn wederkomst zal onze Verlosser niet alleen Israël reinigen van zonden maar elk spoor van zonde volledig uitbannen. Ook voor degenen die op de Messias vertrouwen geldt dat de zonde weliswaar niet meer toegerekend wordt, maar dat de zonde zelf nog springlevend is. En dat zal zo blijven tot Jezus’ wederkomst. Pas dán zullen de zonde en al zijn gevolgen voor altijd verwijderd worden. Het enige dat overblijft is het besef dat we verlost zijn van de macht en de vloek ervan.
[1] Eigenlijk ‘verzoeningen’, omdat in Lev. 23:27 de meervoudsvorm ‘Jom Hakippoerim’ gebruikt wordt.
Uit: Types, Psalms and Prophecies, David Baron (1906)
Dit artikel is afkomstig uit het maandblad Hadderech van september 2023