Joop Akker
In een wereld vol van geweld en onverdraagzaamheid is het heilzaam om de stad die Abraham verwachtte (Hebreeën 11:10) voor ogen te houden. Als kinderen van Abraham mogen ook wij verlangend hiernaar uitzien.
De leefomstandigheden in deze stad, het vernieuwde Jeruzalem van Openbaring 21 en 22, zijn ongekend goed. De tranen zijn van alle ogen afgewist, en alleen blijdschap zal zijn overgebleven. “Zie, ik maak alle dingen nieuw”.
Dit Jeruzalem ademt een volmaakte vrede. God zelf woont er bij de mensen. De twaalf stammen van Israël zijn er ook, hun namen staan geschreven op de twaalf poorten van de stad. Het Joodse volk zal niet langer verdeeld zijn in rechts en links of in religieus en seculier. Alle onenigheid behoort tot het verleden, de Vredevorst regeert! De overgebleven verschillen zijn alleen nog maar redenen om de Schepper te prijzen.
Zie, ik maak alle dingen nieuw
Er wonen ook niet-Joden. Het zijn degenen die door te vertrouwen op het offer van de Messias deel kregen aan de beloften aan Abraham, Izaäk en Jacob (Ef. 2:11 e.v.).
Het is zelfs niet nodig om `s nachts de poorten van de stad te sluiten, want er is vrede tussen Israël en de naties. De volken en hun koningen zoeken notabene de God van Israël, en komen naar het vernieuwde Jeruzalem om Hem te eren met het beste dat ze hebben.
Een ander wonderlijk gegeven is dat de dood een onbekend verschijnsel is, niet alleen in de stad maar overal op aarde. De rivier die onder de tronen van God en van het Lam ontspringt, geeft water aan de levensbomen die aan weerszijden van die rivier groeien. Iedere maand dragen ze vrucht en alle wereldbewoners profiteren van de geneeskrachtige werking van hun bladeren.
Wat betekent dit voor vandaag?
Dit blijde vooruitzicht betekent ook iets voor vandaag. In het Nieuwe Testament lezen we hoe in het heden stralen van deze Vredesstad opgevangen kunnen worden:
We mogen vrede met God ervaren (Rom. 5:1) en wanneer we alles wat ons kwelt aan Hem voorleggen, wordt ons een niet te bevatten vrede beloofd (Fil. 4:6-7). De Heilige Geest geeft liefde, blijdschap, vrede, geduld, vriendelijkheid, goedheid en geloof (Gal. 5:22). We hoeven er alleen maar om te vragen.
We mogen trouwens ook zelf de vrede op aarde bevorderen door middel van vergeving en aanvaarding, door de dingen die boven zijn te bedenken (Col. 3:2). תלמידי חכמים מרבים שלום בעולם, ‘verstandige leerlingen vergroten de vrede in de wereld’, staat er in Talmoedtraktaat Brachot 64a. Dat geldt ook voor leerlingen van Jesjoea zoals wij.
Door dit alles kunnen we nu al een voorproefje ontvangen van het snel naderende Feest (Hebr. 6:4-5). Maranata!
Dit artikel is afkomstig uit het maandblad Hadderech van juli-augustus 2024