Diny Beijersbergen-Groot
Barbara Sofer
Vijftien jaar lang verzamelde de Israëlische Jerusalem Post-columniste Barbara Sofer redenen om van Israël te houden die vervolgens ter gelegenheid van Israëls Onafhankelijkheidsdag gepubliceerd werden. Hieronder een bloemlezing.
Joop Akker
Op de agenda van de onlangs gehouden algemene ledenvergadering van Hadderech stond ook een lezing van Dr. Matthijs de Blois (1953) van de Utrechtse universiteit, gespecialiseerd in het internationale recht en schrijver van ‘Israël: een staat ter discussie’.
Het bestuur van Hadderech had Dr. de Blois gevraagd om in Jip en Janneke-taal eens uit te leggen of Israël het internationale recht schendt, zoals we alom horen. Zijn de nederzettingen illegaal? Had Israël wel het recht Oost-Jeruzalem te annexeren in 1980? En hoe zit het nu met dat veiligheidshek? Op al deze vragen kregen de aanwezigen wel zeer deskundige antwoorden.
The Jerusalem Post
De ontkenning van de band tussen het Joodse volk en de tempelberg kent een lange geschiedenis, met als recent dieptepunt de Palestijnse opstand na het plaatsen door Israël van veiligheidspoortjes op de tempelberg. En vorig jaar nog nam de Unesco een resolutie aan met deze strekking. Hierop verzuchtte premier Netanyahu: “Wat volgt? De ontkenning van de relatie tussen Batman en Robin of tussen Rock en Roll?”
rabbijn Tuly Weisz
In de week van 29 augustus werd de 120ste verjaardag van het eerste Zionistische Congres in het Zwitserse Bazel herdacht. Dit congres zette de vestiging van een Joodse staat in beweging en adopteerde het Hatikvah als zijn volkslied. Meer dan 200 afgevaardigde Joodse leiders uit heel Europa en het verre Palestina en de VS namen deel aan het congres dat op 29 augustus 1897 begon. Er is tot nu toe weinig aandacht gegeven aan het handjevol niet-Joodse gasten dat door Theodor Herzl uitgenodigd was voor het congres in Bazel. Hoewel hun geen stemrecht verleend was, waren er tien christenen als gasten uitgenodigd voor het Eerste Zionistische Congres. Twee andere gasten waren de meest vooraanstaande leden van de christelijke delegatie: William Hechler en Henri Dunant.
In het Nieuw Israëlitisch Weekblad van 11 augustus 1967 stond een interview van Harry van den Bergh met rabbi generaal Shlomo Goren in het militaire hoofdkwartier in Tel Aviv.
Goren stond bekend om de moed waarmee hij de Israëlische troepen vergezelde naar het front. Van achter de frontlinies haalde hij de doden op om hen te begraven. Hij leidde ook de troepen die de Westelijke Muur tijdens de zesdaagse oorlog bevrijdden en blies bij die gelegenheid de sjofar.
Ik beschouw het als het grootste voorrecht in mijn leven dat ik de eerste jood was die weer de heiligste plaats van het Joodse volk kon betreden.Ik blies de traditionele sjofar die wij moeten blazen als we oorlog voeren en die de verlossing van het Joodse volk zal aankondigen.
Redactie
Daar het dit jaar vijftig jaar geleden is dat Israël de zesdaagse oorlog voerde, willen we daar ook in ons blad aandacht aan besteden. We zochten in de Hadderechs van 1967 wat reacties op van mensen met verschillende achtergronden, uiteraard te beginnen in Israël. Het is een kort overzicht om het geheugen zo nodig wat op te frissen en weer even terug te gaan naar die heel bijzondere en spannende tijd met de ongelofelijke wondere afloop.
Redactie
Haya en Menachem Benhayim kwamen in 1963 als eerste Messiaans-Joods echtpaar uit Amerika in Israël aan. In haar memoires vertelt Haya hierover.
Ze beschrijft hoe Menachem, onzeker of zij naar het land van hun vaderen moesten terugkeren, tot twee keer toe God om een wonderteken had gevraagd, net zoals de bijbelse Gideon. Op onverwachte wijze kregen ze beide keren het gevraagde teken waarop ze besloten te gaan. Ze boekten een reis met een Israëlisch vrachtschip dat hen van Miami naar Haifa zou brengen. De bemanningsleden waren Joden die in de verschillende landen waar ze woonden “aan de roepstem van Zion gehoor hadden gegeven” en al eerder op aliyah gegaan waren.
Pagina 2 van 2